Zeebrugge is een dorp en
badplaats, gelegen aan de
Belgische kust in de
Brugse deelgemeente Lissewege. Zeebrugge telt 4.301 inwoners (2014).
Zeebrugge is verdeeld in drie wijken: de
Strandwijk, de Stationswijk en het centrum. In het centrum van Zeebrugge bevinden zich de oude vismijn, de jachthaven en de Cruise Terminal.
De naam Zeebrugge werd voor het eerst vermeld in 1899, toen er sprake was van de aanleg van een vissershaven au port de Zeebrugge. Voordien sprak men van Bruges Port de mer (Zeehaven van Brugge) of Port de Bruges et de Heyst (haven van Brugge en Heist).
De haven werd officieel geopend in 1907. Ook de vissershaven werd van Heist naar Zeebrugge verplaatst. Van belang was de Leopold II-dam, waarover een spoorlijn liep naar het station Zeebrugge-Haven, van waar veerboten naar Engeland (Hull) vertrokken. De havenmuur werd gebouwd met behulp van de Titan, een verrijdbare kraan en toen de allergrootste kraan ter wereld. Deze dam stak ongeveer 2 km in zee en was onder meer verantwoordelijk voor wijzigingen in het stromingspatroon aan de kust. In de jaren 80 van de 20e eeuw werd de dam als Westerdam geïntegreerd in het havengebied, er kwam ook een Oosterdam, waardoor een beschutte Voorhaven ontstond.
Op 14 oktober 1914 werd de haven door de Duitsers bezet, die er een vlootbasis van maakten. Pas in de nacht van 22 op 23 april 1918 (Saint George's Day) besloot de Royal Navy onder leiding van admiraal Keyes tot een aanval die tot doel had om de havenmond te blokkeren, zodat de Duitse onderzeeërs niet meer konden uitvaren. In oktober 1918 werd Zeebrugge bevrijd, maar de haven was verwoest.
De haven werd heropgebouwd, maar tijdens de Tweede Wereldoorlog werd ze opnieuw door de Duitsers bezet. Einde 1944 werden de haveninstallaties door de zich terugtrekkende Duitsers opgeblazen. Op 9 september 1944 werd de haven tot aan de zeesluizen ingenomen door de geallieerden, maar Zeebrugge-Dorp werd pas op 7 november 1944 bevrijd. Pas in 1951 was de haven hersteld. In de daaropvolgende decennia werd de haven sterk uitgebreid.
Zeebruges [ze.'bʁyʒ] (en néerlandais : Zeebrugge [zeː.'brʏ.ʝə]) est une localité située sur la côte belge appartenant à la ville de Bruges, dans la province de Flandre-Occidentale en Région flamande.
La localité est connue pour son port maritime et sa base navale situés au bord de la mer du Nord, à proximité de la Manche.
A
photograph or
photo is an
image created by
light falling on a light-sensitive surface, usually
photographic film or an electronic medium such as a
CCD or a
CMOS chip. Most photographs are created using a
camera, which uses a
lens to focus the scene´s visible wavelengths of light into a reproduction of what the human
eye would see. The process and practice of creating photographs is called
photography. The word "photograph" was coined in 1839 by
Sir John Herschel and is based on the
Greek φῶς (
phos), meaning "light", and γραφή (
graphê), meaning "drawing, writing", together meaning "drawing with light".
[1]
A wedding is a ceremony where two people are united in marriage. Wedding traditions and customs vary greatly between cultures, ethnic groups, religions, countries, and social classes. Most wedding ceremonies involve an exchange of wedding vows by the couple, presentation of a gift (offering, ring(s), symbolic item, flowers, money), and a public proclamation of marriage by an authority figure. Special wedding garments are often worn, and the ceremony is sometimes followed by a wedding reception. Music, poetry, prayers or readings from religious texts or literature are also commonly incorporated into the ceremony.
Le mariage est une union conjugale rituelle et contractuelle, à durée illimitée ou indéterminée, reconnue et encadrée par une institution juridique ou religieuse qui en détermine les modalités. Le terme « mariage » désigne à la fois la cérémonie rituelle, l´union qui en est issue et l´institution en définissant les règles. Le mariage est l´un des cadres établissant les structures familiales d´une société.
Les formes du mariage varient d´une société à une autre, et parfois au sein de la même société. Les mariages différent dans les conséquences matérielles de l´engagement matrimonial (droits et obligations des époux, modalités de rupture, ...), par les conditions à remplir par les époux pour être mariables (possibilité ou non de mariage homosexuel, de mariage mixte, de remariage, nécessité ou non du consentement des époux, ...), par le statut que le mariage confère au sein de la société (possibilité d´adoption, suspension de la personnalité juridique d´un des époux, ...), par le déroulement du rite célébrant le mariage, par la symbolique associée à son engagement (religieuse ou civile, mariage d´amour ou mariage arrangé, ...), par les conséquences sociales de l´union des époux (alliances entre familles, ...).
L´importance du mariage diffère également selon les sociétés, notamment en fonction de la présence ou non d´autres formes de conjugalité (union libre, concubinage, union civile, ...), des formes de celles-ci et du degré d´acceptation de ces modes de vie plus informels par la société.
Het huwelijk is een door burgerlijk of religieus recht geregelde samenlevingsvorm voor het leven die de fundering vormt van de meeste gezinnen en die meer in het algemeen van belang is als legaal en sociaal geaccepteerd fundament onder duurzame seksuele relaties en familieverbanden. Cruciaal is het onderscheid tussen het kerkelijk huwelijk (of religieus huwelijk) enerzijds, en het burgerlijk huwelijk anderzijds. De precieze definitie van het huwelijk is afhankelijk van de historische en culturele context, en hangt ook samen met de religieuze overtuiging van de echtgenoten.
La photographie1 est une technique qui permet de créer des images par l´action de la lumière. La photographie désigne aussi l´image obtenue.
Le terme de photographie désigne également la branche des arts graphiques qui utilise cette technique : c´est l´« écriture de la lumière ».
La photographie a su tirer parti de nombreuses innovations technologiques et techniques dans les domaines de l´optique, de la chimie, de la mécanique, de l´électricité, de l´électronique et de l´informatique.
Les deux phénomènes nécessaires à l´obtention d´images photographiques étaient pour certains connus depuis longtemps et explicité dans le Traité d´optique. Les réflexions d´Aristote et les travaux du père de l´optique moderne Ibn al-Haytham, ont permis de mettre la réalité en boîte ; il suffit de percer un « petit trou » (sténopé) dans une chambre noire (en latin : camera obscura) pour voir apparaître une image inversée dans le fond blanc de la boîte. D´autre part, les alchimistes savaient que la lumière noircissait le chlorure d´argent. Vers 1780 Jacques Charles, plus connu pour son invention de l´aérostat gonflé à l´hydrogène, parvint à figer, mais de façon fugitive, une silhouette obtenue par le procédé de la chambre noire sur du papier imbibé de chlorure d´argent. Thomas Wedgwood (1771-1805) fit des expériences analogues avec le nitrate d´argent ; il en publia un mémoire en 1802. De son côté John Herschel en 1819 décrit les propriétés de l´hyposulfite de sodium qui deviendra le fixateur.
Joseph Nicéphore Niépce, un inventeur de Chalon-sur-Saône, associe ces trois procédés pour fixer des images (de qualité moyenne) sur des plaques d´étain recouvertes de bitume de Judée, sorte de goudron naturel qui possède la propriété de durcir à la lumière (1826 ou 1827) ; la première photographie représente une aile de sa propriété à Saint-Loup-de-Varennes en Saône-et-Loire. Nicéphore meurt en 1833 et Louis Daguerre poursuit l´amélioration du procédé. En découvrant le principe du développement de l´image latente, Daguerre trouve le moyen de raccourcir le temps de pose à quelques dizaines de minutes. En 1839, il promeut son invention auprès du savant et député François Arago, qui lui accorde son soutien.
Ainsi, la date conventionnelle de l´invention de la photographie est 1839, c´est la date de la présentation par Arago à l´Académie des sciences de l´« invention » de Daguerre, le daguerréotype. C´est en fait une amélioration de l´invention de Niépce.
Een foto is een afbeelding op een plat vlak vervaardigd door middel van fotografie. Een foto geeft relaties weer van objecten, voorwerpen, mensen of dieren uit de werkelijke wereld zoals gezien door de lens van een camera gedurende een (meestal korte) tijdperiode.[1] De naam fotografie werd voor het eerst genoemd door John Herschel, een Engels astronoom, en is gebaseerd op het Griekse φώς (phos, "licht") en γραφίς (graphis, "pen, kwast"). In de volksmond wordt een foto ook wel een kiekje genoemd, genoemd naar Israël Kiek.
In vergelijking met andere uitdrukkingsvormen als pictogrammen, diagrammen en kaarten, maar ook tekst is dit wel de meest zuivere benadering (maar niet per definitie: beste benadering) van de werkelijkheid, als de digitale nabewerking en manipulatie uitblijft. Daarmee dragen foto´s maximaal bij aan een juiste communicatie van het overbrengen van een bepaalde gedachte over (een deel van) de werkelijkheid. Deze zienswijze wordt verder toegelicht in visualisatie.
Kenmerkend is de directe relatie van de afbeelding met de realiteit, maar dit maakt van een foto daarom nog geen objectieve weergave van die realiteit. Een foto is altijd een manipulatie van de realiteit, zowel door het standpunt (perspectief), het kader, de begeleidende tekst, het moment en het materiaal dat de fotograaf gebruikt om de foto te maken, alswel door ingrijpen op chemische of digitale wijze in de fotografische afbeelding door de fotograaf of anderen.