Permanente registratieplaat voor militaire fiets
Fiets nummerplaat / antiek / plaque d'immatriculation permanente pour velo militaire / militaire fiets / Belgisch Leger
Het Belgische leger komt uit de eerste wereldoorlog met een Britse "erfenis" aan fietsen. Dit zijn de door het Belgische Leger, vanaf 1915, verrichte aankopen bij Britse fiets fabrikanten. Het zijn dus geen fietsen die van het Britse leger overgenomen werden. Het is ook niet de gekende Mk IV maar wel verschillende modellen van o.a. BSA, James, Sun. De Britse fietsen uit die tijd komen allemaal ons land binnen met hun specifieke 28" wielen . T.t.z. 32 spaken vooraan en 40 spaken achteraan. Eventueel geaccidenteerde wielen worden in België in een latere periode, tijdens het interbellum, wel vervangen door de voor ons klassieke 36 spaak wielen voor en achter.
Eens het land in de jaren 30 terug aan het herstellen is van de oorlogsschade gaat men de productie van militaire fietsen terug in eigen handen nemen. Het basisframe van de fiets zal echter gesteund zijn op de BSA constructie.
Dit resulteert in de Tm 1: de "Type Militaire 1". Ook de BSA en James fietsen werden gereviseerd en verbouwd naar Tm1. Je kan ze nog herkennen aan 32/40 spaaks wielen, spatborden, lampbeugel en voorvorkkroon; voor zover deze deze bij de revisie al dan niet verloren gingen. In laatste instantie verdwijnen ook deze 32/40 spaakse wielen om ingeruild te worden voor het standaardwiel met 36 spaken en standaard banden 28" x 1"5/8.
Naar de "overlevering" werd de Belgische militaire fiets gemaakt bij Bury en Van Hauwaert. Naast deze twee fabrikanten zijn er ook nog andere. Evenwel is de constructie steeds gelijkaardig aan de TM 1 norm. Kleurige merknaamplaatjes op het balhoofd komen, voorlopig op enkele uitzonderingen na, niet voor op de vele foto's van interbellum militaire fietsen. Wel krijgen ze een fabricatienummer links onder het zadel en een bouwjaardatering op balhoofd, voor- achtervork.
Een nummerplaatje wordt onderaan op het balhoofd geklonken. Dit inschrijfnummerplaatje is samen met merk, datum en fabricatienummer gelinkt aan het onderhoudsboekje.
Bron: https://www.abbl1940.be/FIETSEN/De%20belgische%20militaire%20fiets.htm
Met Defensie (Frans: La Défense) wordt de Belgische krijgsmacht of het Belgisch leger benoemd. Het is de facto een beroepsleger, want de dienstplicht is op 5 februari 1995 opgeschort. Het leger telt 25.000 beroepsleden en 5.000 reservisten.[bron?] Opperbevelhebber is Koning Filip van België, minister van Defensie is sinds 2019 Philippe Goffin (MR). De Chef Defensie, de stafchef van de Generale Staf is sinds 13 juli 2016 generaal Marc Compernol. Onder het Belgische ministerie van Defensie vallen naast militairen ook ongeveer tweeduizend burgers.
Het Belgisch leger werd opgericht nadat België onafhankelijk werd in oktober 1830. Sindsdien heeft het leger gevochten in de Eerste Wereldoorlog, de Tweede Wereldoorlog en de Koude Oorlog (Koreaanse Oorlog en bezetting van de Bondsrepubliek Duitsland). Het Belgisch leger is ingepast in de NAVO en heeft deelgenomen aan operaties in Bosnië, Somalië, Kosovo, Libanon, Libië en Afghanistan. De elite-eenheid zijn de paracommando's, die een aantal keren actief waren in Centraal-Afrika. Tijdens hun inzet als blauwhelm in Rwanda werden 10 Belgische paracommando's ontwapend en vermoord in 1994.
L’Armée belge est l'armée nationale de Belgique.
Les unités de l'Armée font partie d'une des quatre composantes :
Chacune est sous la tutelle d'un officier général.
L’Armée belge compte, le 1er janvier 2013, 11 000 hommes et femmes dans la composante terre, 6 100 dans la composante air, 1 500 dans la marine et 1 600 au service médical, soit 20 200 hommes et femmes dans les unités opérationnelles. Il faut y ajouter également 12 800 hommes et femmes dans l’État-Major, dans les postes internationaux et d'autres organismes de support, soit un total de 33 000 personnes. Le recrutement y est essentiellement fondé sur le volontariat de carrière depuis la suspension du service militaire (le 1er mars 1995). À cela s'ajoutent les principes de réserve volontaire (militaire de carrière ou civil ayant signé un engagement) et obligatoire (uniquement pour les membres du cadre et ce, pendant une durée déterminée).
Du point de vue constitutionnel, le Roi est le chef des armées. Il s'appuie cependant sur une structure composée d'un ministre compétent en la matière (en l'occurrence le ministre de la Défense), qui chapeaute à son tour le travail du chef de la Défense, la plus haute autorité militaire du pays. Ce dernier prépare les éléments pour l'élaboration de la politique de la Défense nationale et conseille son autorité de tutelle au sujet des opérations planifiées et en cours. Il assure également le suivi des décisions politiques arrêtées par le Gouvernement fédéral, ainsi que la gestion administrative du département public concerné.
La Belgique est membre fondateur de l’Organisation du traité de l'Atlantique nord (OTAN), dont le siège politique se trouve à Bruxelles et le Grand Quartier général des puissances alliées en Europe dans le Hainaut (Casteau) depuis 1967.